zaterdag 20 augustus 2016

De connectie tussen de Olieu-familie en Emmanuël Vièrin, kunstschilder in Kortrijk

We beginnen dit verhaal met Petrus Josephus Franciscus Olieue. Hij wordt op 14 januari 1759 geboren in Gullegem als oudste zoon van Jacobus Olieu (1773-1812) en Maria Josepha Van Nieuwenhuyse (1738-1792).

Rond 1780 verlaat hij Gullegem en gaat in Brugge wonen. Op 5 november huwt hij er met de 31 jarige Joanna Margarita Lousterburgh.Joanna wordt op 7 oktober 1750 geboren in 's Hertogenbosch. Haar vader Henricus is waarschijnlijk afkomstig van Frankrijk, en werd daar geboren met de achternaam Lusterbourg. Haar moeder is Aleida Janssen in januari 1723 geboren in Harderwijk. In Brugge wordt de achternaam van Joanna Margarita verder verbasterd tot Loosberg en Loesburgh.

Op 9 augustus 1782 wordt in Brugge een eerste dochter geboren. De pastoor schrijft haar in het parochieregisterboek in als Anna Maria Allieu. Op zondag 1 februari krijgen ze opnieuw een dochter, die de naam Victoria Francisca Olieue krijgt. Daarna volgen nog 2 jongens en 2 meisjes. Hun jongste dochter overlijdt wanneer ze een jaar is. 

Al voor 1800 begint vader Petrus Josephus als colporteur en marktkramer te werken.Hij verkoopt vooral op markten in de streek van Lochristi. Hij woont een aantal jaar met zijn ganse gezin in Lokeren en keert op 6 november 1808 terug naar Brugge waar ze eerst op de Quai Napoléon gaan wonen.

Hun dochter Victoria Francisca is dan echter al niet meer mee. Ze heeft ondertussen op één van de vele markten waar ze haar vader helpt, Joannes Baptista Vierin leren kennen. Joannes Baptista is 9 jaar ouder dan Victoria en geboren in Valgrisenche, een klein dorpje in de Valle d'Aosta op een hoogte van 1664 meter, in het noordwesten van Italië.

Valgrisenche links onderaan - ten noordwesten de Mont-Blanc

Valgrisenche rond 1907

Joannes Baptista Vierin wordt er op 2 februari 1775 geboren. Hij is de zoon van Jean Guillaume Vierin en Marie Anne Rosier, beiden ook in Valgrisenche geboren. Er zijn weinig inwoners en de diverse families huwen er meestal onder elkaar (ook nu zijn er maar een 200-tal inwoners). Er is niet veel werk in de omgeving van Valgrisenche en de inwoners moeten improviseren. Ze beginnen al honderden jaren voor Joannes Baptista Vierin geboren wordt, met het weven van een speciale 'drap'. Op weefgetouwen die ze zelf maken uit esdoorn weven ze  met gesponnen wol en maken zo 'drap', een dikke wollen stof, die daarna kan gebruikt worden voor kleren, sjaals, handtassen, mutsen en zelfs meubels.

Er zijn natuurlijk ook inwoners die Valgrisenche verlaten om elders werk te zoeken. Joannes Baptista Vierin is er één van en hij trekt naar Vlaanderen, naar de streek tussen Brugge en Gent. Hij werkt er als marktkramer en colporteur en slijpt scharen en messen. Hij leert op een  markt de jonge Victoria Francisca Olieue kennen. Ze woont bij haar ouders in Lokeren maar gaat al gauw mee naar Moebeke-Waas waar Joannes Baptista woont. Op donderdag 18 augustus 1805 huwen ze in Moerbeke-Waas.


De vader van Joannes Baptist heeft vanuit Valgrisenche een document met zijn toestemming voor het huwelijk gezonden naar Moerbeke-Waas. De vader van Victoria Francisca is aanwezig bij het huwelijk.


Jean Baptiste Vierin kan ondertekenen.Petrus Olieue en zijn dochter Victoria zijn beiden ongeletterd.

Na het huwelijk blijven Joannes Baptista en Victoria in Moerbeke-Waas wonen. Ze verhuizen daarna naar Lokeren waar de ouders van Victoria verblijven. Op 15 januari krijgen Franciscus Olieux en Sophia Van Hecke in Eksaarde een 5e kind. Franciscus is de oom van Victoria. Haar vader is de broer van Franciscus. Het is een meisje en ze wordt vernoemd naar Victoria, die doopmeter is. Het meisje wordt de veertiende geboren om 21 uur. Victoria en Joannes Baptista vertekken s'anderendaags naar de Rechtstraat in Eksaarde. De wandelafstand tussen Lokeren en Eksaarde is maar een tiental km. Na aankomst gaan Joannes Baptista Vierin en Franciscus Olieux om 16 uur aangifte doen van de geboorte, in het gemeentehuis van Eksaarde.


Einde 1808 zijn de ouders van Victoria vertrokken uit Lokeren en terug in Brugge gaan wonen. Ergens tussen 1810 en 1813 verlaten Victoria en Joannes Baptista ook Lokeren en verhuizen naar Sas-van-Gent. (In het bevolkingsregister van 1809 worden ze nog niet vermeld. Er zijn geen registers van 1810 tot 1813.Ze worden wel al opgenomen in het register van 1814)

Victoria Olieu en haar man verhuizen van Moerbeke naar Sas van Gent

Ze gaan in Sas van Gent op de Kleine Markt wonen in huis 102. Wanneer ze daar toekomen zijn de Fransen er nog baas en behoort Sas van Gent nog tot het departement van de Schelde. Op 20 juli 1814 bevrijden de Russen, Sas van Gent van de Fransen, en het wordt nu weer een deel van Zeeland. In 1814 telt het dorp 890 inwoners.

Bevolkingsregister Sas-van-Gent 1814

Bij hen woont ook Jean Gratien Vierin, de jongste (half)broer van Joannes Baptista. Er is een leeftijdsverschil van 22 jaar. Marie Anne Rosier, de moeder van Joannes Baptista overlijdt in 1784. Ze is dan pas 32 en laat  Jean Guillaume Vierin met 4 kinderen achter. Hij huwt hetzelfde jaar al opnieuw, met Marie Marguerite Frassy. Ze krijgen nog 5 kinderen. Jean Gratien, geboren op 11 april 1798 is de jongste. In 1814 is hij dus pas 16. Waarschijnlijk is hij samen met zijn broer meegekomen vanuit Valgrisenche.

Jean Baptiste werkt nu in Sas van Gent en omgeving als schaarslijper.Hij heeft een houten kar met een slijpsteen en kan daarmee de huizen langs gaan of op de wekelijkse markten staan.


Jean Bapiste en Jean Grat  hebben ook familie in Kortrijk. Hun oom Gratien Joseph Vierin is daar al op 8 januari 1793 gehuwd met Maria Anna MacKenzy,geboren in Bissegem. Ze krijgen tussen 1794 en 1802, 5 kinderen. Gratien Joseph overlijdt op 11 juni 1809 in Kortrijk, maar hun tante Maria MacKenzy woont daar nog met hun 3 nichtjes. De 2 zoontjes zijn al heel jong overleden.


Hierboven: Grat Joseph huwt op dinsdag 8 januari met de 33-jarige Maria MacKenzy.Die is dan al weduwe van Joannes Steenhuyse.Grat Joseph kan net als zijn broer schrijven.

Joannes Baptista en zijn broer Joseph Grat gaan waarschijnlijk wel eens  hun familie in Kortrijk opzoeken. Joseph Grat verlaat in ieder geval begin 1816 Sas-van-Gent en gaat in Kortrijk wonen.



Jean Baptiste Vierin en Victoria Olieue verhuizen in juni 1817. Jean Baptiste verklaart bij het uitschrijven dat zijn broer al in het begin van 1816 Sas-van-Gent verlaten heeft.

Jean Bapiste gaat op 7 juni 1817 in Sas-van-Gent aangeven dat hij van plan is naar Brugge te gaan wonen

In Brugge gaan ze in de Korte Gotjestraat 3 wonen. Vreemd genoeg wordt in Brugge genoteerd dat ze er als sedert 15 maart 1816 wonen. Het lijkt onwaarschijnlijk dat Jean Baptiste Vierin meer dan een jaar later 45 km aflegt naar Sas van Gent om daar een verklaring af te leggen dat hij gaat verhuizen terwijl hij al meer dan een jaar verhuisd is. Het lijkt er eerder op dat Jean Baptiste en Victoria de datum waarop ze van Sas van Gent naar Brugge zijn gekomen, niet meer herinneren of zelfs nooit juist hebben geweten. Datums houden de meeste mensen in die tijd niet echt bezig.



In dezelfde straat wonen in nummer 4 de ouders van Victoria, samen met haar jongere zus Maria Theresia, haar man Petrus Franciscus Allossery en hun 2 kinderen, Joseph en Ludovicus. Maria Theresia Olieue heeft ook een zoon Jean Joseph, in 1817, 9 jaar en 5 jaar voor haar huwelijk geboren. De Kleine Gotjestraat staat vol kleine arbeidershuisjes.

   
Victoria en Jean Baptiste wonen in één van de huisjes met nr .377 - haar ouders wonen ernaast


Hierboven:Ingang tot de Kleine Gotjestraatn nu het Gotje, vanaf de Potterielei.Het straatje was heel smal. Victoria en ook haar ouders wonnden langs de rechterkant.

Begin 1818 verhuizen de ouders van Victoria naar de Kleine Bareelstraat. Victoria zelf en haar man verhuizen in de zomer van 1821 en gaan deze keer naar Wachtebeke, niet ver verwijderd van Moerbeke-Waas en Sas van Gent waar ze eerder woonden.

Ondertussen huwt Jean Grat Vierin, de schoonbroer van Victoria Olieue, op 20 september 1820, in Kortrijk met zijn nicht Catharina Josepha. Ze is dan 4 maanden eerder 18 jaar geworden. Jean Grat, die zijn broer hielp bij het schaarslijpen,kiest er nu voor om als schoorsteenveger te werken. Hij woont in het Papegaaistraatje (nu de Papenstraat), dicht bij de Grote Markt van Kortrijk.





Op 17 juni 1821 wordt een eerste zoon geboren, die ze de voornamen Amand Constant geven. Hij overlijdt na 11 maand. Op 20 mei 1822 is dan al een dochtertje geboren, Marie Cathérine en op 27 februari 1825 volgt nog een meije, Rosalia Honorina. De bevalling is niet goed verlopen en iets meer dat 2 maand later overlijdt op 11 mei, Catharina Vierin  Ze is dan pas 22.

Dit is ongetwijfeld een harde slag voor Jean Grat, maar hij blijft achter met 2 kleine kinderen en is zelf pas 27. Hij moet opnieuw huwen en doet dit op 25 januari 1827 met Carola Regina Hedinieul. Ze is geboren in Proven in 1788 en dus bijna 10 jaar ouder dan Jean Grat. Op 13 juli 1828 wordt hun zoon Benignus Constantinus Leopoldus geboren en op 31 oktober 1830 volgt nog een tweede zoon, Carolus Clementius. Carola Hedinieul is dan bijna 42.

Ondertussen blijven Victoria Olieue en Jean Baptiste Vierin verhuizen. Van Wachtebeke, trekken ze naar het nabijgelegen Sint-Kruis-Winkel en op 20 januari 1834 komen ze toe in Zuiddorpe in Zeeland, een viertal km. ven de grens met België. Er wonen in die periode een 400-tal mensen. Een jaar later overlijdt Jean Baptiste er op 59 jarige leeftijd.

Bevolkingsregister Zuiddorpe 1834-1835



Victoria blijft nog een paar jaar in Zuiddorpe. Ze verhuist na 1837 terug naar Sint-Kruis-Winkel waar ze voordien al woonde. Het dorp telt dan ongveer 2000 inwoners. Ze overlijdt er op maandag 18 mei 1846 in haar woning in de Volderstraat. Bernardus en Adrianus Bauwens, broers en beiden hoveniers gaan aangifte doen van het overlijden.




Hierboven: Niet ver van de Dorpstraat (1 op het Poppplan) startte de Volderstraat waar Victoria Olieu woonde en overleed.

Victoria die van in haar jeugd gewend is mer haar vader van markt naar markt te trekken, en daarbij vaak te verhuizen, blijft dit dus ook doen na haar huwelijk. Ze krijgt geen kinderen en kan zich daardoor nog gemakkelijker verplaatsen. Ze woont na haar huwelijk met Jean-Baptiste Vierin zeker in Moerbeke-Waas, Sas-Van-Gent, Brugge, Wachtebeke, Sint-Kruis-Winkel en Zuddorpe. Behalve Brugge allemaal gemeenten en dorpjes in het noorden van Oost-Vlaanderen en het zuiden van Zeeland. Met wat Jean Baptiste als schaarslijper verdient kunnen ze juist rondkomen.

In Kortrijk verneemt Jean Grat Vierin waarschijnlijk in 1835 of later dat zijn oudste broer overleden is. Maar Victoria Olieue overlijdt pas 11 jaar later. Ze is ongeletterd en heeft na het overlijden van Jean Baptiste waarschijnlijk geen contact meer met haar schoonbroer in Kortrijk. Het is twijfelachtig dat Jean Grat haar nog gaat opzoeken in Sint-Kruis-Winkel. Hij heeft zijn werk en gezin in Kortrijk. In 1830 is Jean Grat nog altijd schoorsteenveger. Maar eind jaren 30 besluit hij iets anders te proberen en begint met het verkopen van paraplus. In 1841 heeft hij een winkel in de Rijselstraat 67.


Zijn advertentie van 25 april 1841 doet ons zeker vermoeden dat zijn winkel al een aantal jaar bestaat.Hij verkoopt ook parasols, zonneluifels, wandelstokken en zijdemateriaal.Hij verkoopt aan betaalbare prijzen en hoopt dat hij verder kan genieten van het vertrouwen van het publiek.

Benignus Constantinus en Carolus Clementius, de twee zonen van Jean Grat zijn in 1840, 12 en 10 jaar. Jean Grat die zelf ook geletterd is kan ze naar de betere scholen in Kortrijk zenden. Benignus, die meestal de naam Constant gebruikt, wordt na zijn studies bureauchef bij de Nationale Bank. Carolus helpt zijn vader in de winkel. De dochters van Jean Grat moeten niet werken. Op 4 mei 1848 overlijdt zijn jongste dochter Rosalia Honorina in het huis van haar ouders in de Rijselstraat. Ze is dan pas 23.



Hierboven: De Rijselstraat tijdens een marktdag in Kortrijk in de jaren 1860. Jean Grat Vierin heeft een kraam met paraplus, parasols en wandelstokken opgezet voor zijn winkel. (Eerste foto: huis gemarkeerd met een V is de winkel van Jean Grat Vierin)


Hierboven: De winkel eind jaren 70.Links van hen nu de winkel van de Vanbecelaere zusters.

Jean Grat en Carolina Hedinieul moeten lang wachten op kleinkinderen. Hun jongste zoon Carolus zal ongehuwd blijven. Benignus Constatinus 'Constant' huwt pas in 1865. Hij is dan al 37 .Hij huwt met de 34 jarige Mathilda Sophia Laridon  Zij is geboren in Torhout en is de dochter van de welgestelde schoenmaker Emmanel Laridon en Sophia Sans. Ze houdt in 1865 in een hoekhuis dat deel uitmaakt van de voormalige Kleine Hallen , een lakenwinkel open.

Getuigen voor de bruid bij het huwelijk zijn twee van haar broers, Hippolytus Laridon, directeur van een distillerie in Esen en Victor Laridon, rijksveearts en gemeenteraadslid in Torhout. De getuigen voor Constant Vierin zijn zijn broer Charles en de 75 jarige Antoine Vercruysse, ex-burgemeester van Kortrijk (1831-1836). Constant heeft met Antoine samengewerkt in de Nationale Bank in Kortrijk. De oom van Antoine overleden in 1838 is de bekende Jacques Goethals-Vercruysse (1759-1838) textielindustrieel, maar ook een historicus, kunstkenner en verzamelaar. Zijn kleinzoon Albéric Goethals (1843-1897) is één van de eersten die foto's maakt van en in Kortrijk. Constant zelf is ook al van in zijn jeugd geïnteresseerd in kunst.

Na het huwelijk gaat het echtpaar boven de lakenwinkel van Mathilde wonen. Ze krijgen tussen 1866 en 1874 vijf zonen, Arthur (1865), Robert (1868), Emmanuël (1869), Joseph (172) en Raphaël (1874)

Geboorteakte Arthur Vierin, oudste zoon van Benignus Constantinus

Constant Vierin gaat de geboorte van zijn oudste zoon Arthur Emmanuël aangeven samen met zijn broer Charles en zijn schoonbroer Constantin Charles Hubert, die gehuwd is met Leonie Laridon, de zuster van Mathilda. Ze wonen ook in Kortrijk en Constant Hubert is zeefmaker.

Constant  blijft na zijn huwelijk nog een paar jaar werken in de Nationale Bank in Kortrijk, maar tussen de geboorte van zijn tweede en derde zoon, in 1868 en 1869 stopt hij daarmee en gaat de winkel op de Grote Markt van Kortrijk samen met Mathilda openhouden.Hij werkt later (zeker al in 1880) ook als verzekeringsagent voor 'La France'.


Helemaal rechts op de hoek de winkel en woning van Constant en Mathilda.Hier worden hun vijf zonen geboren.

Uiterst links de winkel van Vierin-Laridon



Op 12 juli 1886 overlijdt Jean Grat Vierin in zijn huis in de Rijselstraat. Zoon Constant Vierin en Ferdinand Basyn, zoon van zijn nicht Rosalia Vierin, gaan het overlijden aangeven. Jean Gratien is 88 geworden.

Zijn 5 kleinzonen zijn ondertussen 12 en 20 jaar. Ze studeren alle 5. De oudste Arthur heeft een roeping en volgt les aan het Klein-Seminarie. Robert studeert voor apotheker, Joseph wil architect worden. De jongste Raphaël begint in 1886 aan zijn humaniora.

Dan hebben we nog Emmanuël. Hij wordt geïnspireerd door zijn vader die met de jongens regelmatig het Museum voor Schone kunsten in de Begijnhofstraat en tentoonstellingen gaan bezoeken iets verderop in de Grote Hallen van Kortrijk. Tekenen en daarna schilderen worden al vlug een passie voor de jonge Emmanuël. In 1884 wordt hij 15. Hij heeft zijn derde jaar Latijnse humaniora beëindigt. Hij stopt met de middelbare school en gaat voortaan naar de Kortrijkse Academie voor teken- en schilderkunst. Hij gaat daarna ook naar de Koninklijke Academie in Antwerpen.

Na het overlijden van Jean Grat blijft zijn jongste zoon Charles Vierin, ondertussen 56 de winkel alleen openhouden. Hij is tot dan toe ook altijd thuis blijven wonen.


Hierboven: Uit de 'Gazette van Kortrijk april 1888.In tegenstelling tot zijn vader maakt Charles nu ook reklame in het Nederlands.

Charles zal de winkel maar een vijftal jaar openhouden. Hij overlijdt op 4 mei 1892 in de Rijselstraat. Zijn neef Constant gaat samen met zijn zoon Emmanuël het overlijden aangeven.Emmanuël is ondertussen kunstschilder.

Na het overlijden van Charles Vierin, verkoopt zijn neef Raphael, de jongste zoon van zijn broer Constant een aantal jaar verf en aanverwante producten in de winkel in de Rijselstraat.

Links de winkel van Raphaël vierin

Raphaël zal later in La-Bretonnière-la-Claye huwen met de 19 jaar jongere Marie Josephine Charneau.Hij overlijdt er ook in 1935.

In 1895 overlijdt Constant Vierin in zijn huis op de Grote Markt van Kortrijk. Hij is 66 geworden. August Reynaert, burgemeester van Kortrijk in die periode, heeft ondertussen plannen om het huis van Constant Vierin af te breken. Hij wil de stad moderniseren en laat tientallen kleine vervallen arbeidershuisjes afbreken. Hij wil echter ook de huizen rond het Belfort in die tijd 'Het Halleken' genoemd laten slopen. Ook de Belforttoren zelf moet weg. In 1899 voeren Emmanuël en een aantal van zijn vrienden aktie om het Halleken te redden. Joseph Vierin maakt zelfs een maquette van hoe het torentje er moet uitzien na restauratie. Ze starten ook met een petitielijst. Uiteindelijk worden alleen de huizen afgebroken en het torentje mag blijven.

Links de winkel van Vierin 

Boven: Zicht vanaf de Graanmarkt op een deel van de huizen rond het Belfort. Op de locatie van het huis met 'Magasin' werd later de Grand Bazar gebouwd.

Onder: Winkel van Constant Vierin en zijn vrouw, met opschrift 'Draps et Nouveautes'

1899 - De winkel van Vierin-Laridon is één van de laatste die zal afgebroken worden


In 1899 wordt de voorraad van de winkel op de Grote Markt overgebracht naar de Rijselstraat. Mathilda Laridon is ondertussen 68.
Ze overlijdt op 12 juni 1900. Geen van de zonen wil de zaak verder zetten en in juli wordt de resterende voorraad van de winkel uitverkocht.







Gazette van Kortrijk 25/07/1900

Op maandag 5 november volgt er nog een publieke verkoop van het resterend materiaal .De winkel zelf wordt al op 11 september  te koop aangeboden.

 


















Emmanuël Vierin is intussen een bekende kunstchilder. Op 15 april 1896 is hij in Torhout gehuwd met de 24 jarige Marguerite Bataille, geboren in Duinkerke. Na hun huwelijk wonen ze eerst in de Groeningestraat in Kortrijk en daarna in de pas aangelegde Boulevard du Midi (later de Minister Van de Peereboomlaan)

Foto hieronder: Emmanuël Vierin en Marguerite Bataille


Meer informatie over het leven en werk van Emmanuël Vierin vindt u op deze site:
We overlopen nog even de vijf kleinzonen van Jean Grat Vierin:

-Arthur Emmanuel Jean Caroline Vierin :Kortrijk 16/10/1866 - Beselare 17/12/1933
priester en onder andere pastoor in Koolkerke.

-Robert Joseph Emmanuël Gratien Vierin - Kortrijk 11:03:1866 - ?
huwde 29 januari 1897 in Kortrijk met Euphrasie Marie Sidonie Valerie Verbeke.Na het huwelijk woonden ze in Roeselare waar Robert apotheker was. 



-Emmanuel Marie Joseph Achiel Vierin: Kortrijk 30/06/1869 - Kortrijk 13/01/1954
huwde op 15/04/1896 in Torhout met Marguerite Marie Francoise Bataille geboren in Duinkerke op 6 november 1972 - Emmanuel was kunstschilder

-Joseph Marie Hyppolyte Constant Vierin: Kortrijk 10/05/1872 - Brugge 23/02/1949
huwde met Pauline Carbon. Hij was architect.Woonde in Kortrijk en vertrok in 1904 naar Brugge, waar hij ook gemeenteraadslid en schepen was. Hij bouwde veel villa's aan de Kust. In 1905 ontwierp en bouwde hij in Ingooigem 'Het Lijsternest' voor Stijn Streuvels. Zijn zoon Luc, geboren in 1903, studeerde ook voor architect en vanaf 1930 werkten ze samen.

Het Lijsternest in Ingooigem in 1906

-Raphaelis Eugenie Marie Vierin: Kortrijk 08/02/1974 - La Bretonnière-la-Claye 21/08/1935
Huwde met Marie Josephine Exavérine Charneau (1893-1953)
Was handelaar in verf en benodigdheden.

Maar nu even terug naar de link met de Olieu's.Joannes Baptista Vierin en zijn 23 jaar jongere broer komen beiden vanuit Italië naar Vlaanderen, en wonen een aantal jaar samen. Joannes Baptista huwt met Victoria Francisca Olieue, marktkraamster. Hij werkt zelf als schaarslijper en ze verhuizen regelmatig, waarschijnlijk om nieuwe klandizie te vinden. De jonge Jean Grat helpt eerst zijn broer als schaarslijper, maar verhuist naar Kortrijk wanneer hij 18 is. Hij huwt daar met zijn nicht. Hij werkt eerst in Kortrijk als eenvoudige schoorsteenveger, maar begint rond zijn veertigste met een handel in paraplu's en wandelstokken. Het wordt een succes en hij kan zijn zonen laten studeren.

Of hij al van kunst houdt weten we niet, maar zijn zoon Benignus Constant, die als bureuachef werkt, doet dat in ieder geval wel. Hij huwt met Mathilda Laridon, een handelaarster in kant. Ze kunnen hun vijf zonen laten studeren. Ze worden priester, apotheker, architect, kunstschilder en handelaar. Vader Benignus deelt zijn liefde voor cultuur ondertussen met zijn zonen. In twee generaties werken de Vierin's zich dus op tot leden van de burgerij, en krijgen zi een kans om hun talenten te ontplooien. Ze maken ook kennis met vele andere kunstenaars.

Conclusie

Je moet dus al eens geluk hebben. Joannes Baptista Vierin en Victoria Olieue bleven een simpel leven leiden. Ze hadden geen kinderen, maar hadden die ook geen mogelijkheden kunnen bieden om zich op te werken. Jean Grat kon dat in Kortrijk wel. Schoorsteenvegen bracht niet veel op, maar paraplus verkopen wel. Die hielpen om Emmanuël Vierin kunstschilder te laten worden , en zijn broer architect.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten